Nereide
Nereide is gebouwd halverwege de jaren '50 in Denemarken door scheepswerf Nordson te Nordborg.
Nordson heeft ons van Nereide de originele folders toegestuurd, die aan boord te zien zijn. Daaruit blijkt dat wij de meest luxe uitvoering van het type Nereid bezitten. Vandaar haar naam Nereide, een waternimf uit de Griekse mythologie.
Door de karveelbouw is haar mahoniehouten romp zeer glad en stevig, doch zeer licht gebleven. Volgens de werf weegt het type Nereid slechts 250 kilogram! Haar romp is niet diep-V gebouwd, maar haar vaareigenschappen kenmerken zich als zeer stabiel, snel in plané en ook in ruig water is er goed mee te varen. Vanwege deze unieke eigenschappen is een aantal van dit soort schepen van Nordson zelfs te bewonderen in het Deense scheepsbouwmuseum.
Nereide wordt aangedreven door een gloednieuwe 60 pk sterke Evinrude buitenboordmotor. Haar topsnelheid ligt rond de 50 kilometer per uur. Sinds 2016 is Nereide hybride aangedreven en heeft ze een elektrische hulpmotor. Hieronder meer informatie over de restauratie.
Nereide is gebouwd halverwege de jaren '50 in Denemarken door scheepswerf Nordson te Nordborg.
Nordson heeft ons van Nereide de originele folders toegestuurd, die aan boord te zien zijn. Daaruit blijkt dat wij de meest luxe uitvoering van het type Nereid bezitten. Vandaar haar naam Nereide, een waternimf uit de Griekse mythologie.
Door de karveelbouw is haar mahoniehouten romp zeer glad en stevig, doch zeer licht gebleven. Volgens de werf weegt het type Nereid slechts 250 kilogram! Haar romp is niet diep-V gebouwd, maar haar vaareigenschappen kenmerken zich als zeer stabiel, snel in plané en ook in ruig water is er goed mee te varen. Vanwege deze unieke eigenschappen is een aantal van dit soort schepen van Nordson zelfs te bewonderen in het Deense scheepsbouwmuseum.
Nereide wordt aangedreven door een gloednieuwe 60 pk sterke Evinrude buitenboordmotor. Haar topsnelheid ligt rond de 50 kilometer per uur. Sinds 2016 is Nereide hybride aangedreven en heeft ze een elektrische hulpmotor. Hieronder meer informatie over de restauratie.
De restauratie
In 2006 hebben wij in de zomer, herfst, winter en lente keihard gewerkt om dit fraaie stukje handwerk van de ondergang te redden. Allereerst is de boot geheel gestript van oude lak. Daarna zijn alle spanten opnieuw verlijmd en rotte stukken opgevuld met epoxy-pasta. Daarna is de boot omgedraaid en in de garage van onze vader gestald. Daar is de onderkant geheel glad gemaakt en voorzien van twee lagen glasmatten in de epoxyhars. Zo is de romp waterdicht en nog stijver geworden. En natuurlijk in de antifouling gezet.
Boven de waterlijn is het hout vaak met ontweringswater behandeld om het 'weer' eruit te krijgen. Toen het resultaat na veel schuren mooi genoeg was is het kale hout in de Owatrol D1-olie gezet. Dertig lagen om het hout te impregneren. Hierna is de witte waterlijn opgezet. Daarna is de boot teruggedraaid, en kon het 'echte' werk beginnen. Rotte plekken in de gangboorden zijn vervangen en beschadigingen gerepareerd. Ook hier is hard gewerkt om de kleur weer terug te krijgen. Daarna is het eveneens in de Owatrol D1-olie gezet.
Tussen de spanten, op de bodem is met epoxy multiplex verlijmd ter versteviging en voor een gladde afwerking. Dit alles is geplamuurd en gladgeschuurd. De spiegel is van binnenuit voorzien van 12 mm multiplex ter versteviging. Daarna zijn alle rotte stukken die zichtbaar zouden zijn weggebeiteld en opgevuld met mahoniefineer. Ook de binnenkant is geschuurd tot alle oude lak helemaal uit het hout was en daarna in de D1-olie gezet. Alle naden zijn daarna afgekit met transparante kit om vuilophoping en inwatering te voorkomen.
Toen was het moment daar dat er afgewerkt kon gaan worden. Al het hout dat met D1-olie was behandeld, diende met D2-olie afgewerkt te worden. Dit zo'n 7 tot 10 lagen voor een prachtig resultaat. Langzaam kwam de tewaterlating in zicht. Na alle verlichting, besturing, toeter en dergelijke opnieuw geïnstalleerd te hebben was het zover: de tewaterlating, 25 mei 2007.
